Snackende Zilvermeeuw

Gisteravond nog even Rami-zoontje afgezet op Texel. Bij de terugkomst in de haven van Den Helder zag ik wat grappigs. De sterke stroming veroorzaakt door de Texelse Boot tijdens het afmeren spoelde een Zeester omhoog.

Ik was niet de enige die dat zag, want er dook snel een Zilvermeeuw (Larus argentatus) op af.

Die hem soldaat maakte.

Giechelen op het damestoilet


Mijn vlotte wiskunde collega was de drie kwebbels helemaal zat.
“Meiden, nu is het klaar, ga je maar melden in het straflokaal.”
“Maar mevrouw, het straflokaal is vandaag gesloten.”
“Dan weet ik het goed gemaakt; ga maar in het toilet staan.”

Kwebbel één tot en met drie vertrokken een beetje verbaasd richting het toilet.
Of ze dat nu echt als een straf beleefden was de vraag, want collega Boomlang vond al snel dat er wel erg veel herrie uit het damestoilet kwam. Hij kon het helemaal in zijn klas horen. Toch maar even polshoogte genomen dus.

Voorzichtig wierp hij een blik naar binnen (het blijft toch het dames-toilet).
Verdorie, twee meiden en een jongen, dat kan natuurlijk niet. Regels zijn regels.
Het knulletje werd direct gearresteerd. 

“Wat heb jij hier te zoeken ?”
“We mochten van mevrouw Geodriehoek naar het toilet, meneer.”
“Ik denk dat jij mevrouw Geodriekhoek niet helemaal goed hebt begrepen, kom maar mee.” Kwebbel werd stevig in de kraag gevat.

Het lokaal waar de wiskundeles nog aan de gang is, ligt enkele tientallen meters verder op. Voor Boomlang een paar stappen, maar de kleine Kwebbel moest rennen om het hoge tempo bij te benen. De grote duwende hand van Boomlang hielp niet echt.

“Mevrouw Geodriehoek, dit jongetje heb ik voor u uit het dames-toilet gehaald”, bulderde Boomlang, terwijl hij de blozende Kwebbel met een zetje de klas in duwde.
“Oh, dank u wel”, antwoordde mevrouw Geodriehoek een beetje vertwijfeld, terwijl Boomlang al weer met grote stappen richting zijn eigen klas verdween.

Eventjes was het helemaal stil in de klas. 
Toen klonk hier en daar gegrinnik.
“Volgens mij dacht hij dat ik een jongetje was”, piepte Kwebbel toen.
“Misschien moet je je haar wat langer laten groeien”, bedacht mevrouw Geodriehoek.

Mijn schoonmoeder herkent haar eigen dochter niet meer

“Kijk ik heb nog een leuke foto”, zeg ik tegen mijn schoonmoeder.
Op het schermpje van mijn fototoestel staat mijn vrouw.
Ze kijkt er naar, maar op haar gezicht zie ik geen blik van herkenning.

“Wie is dat nou weer ?”
“Hallo, wat dacht je van je eigen dochter ?”
Ze grist de camera uit mijn hand en kijkt nog eens goed.
“Helemaal niet, dit is iemand uit Indonesië !”

“Dat ben ik echt hoor”, mengt mijn vrouw zich in het gesprek.
“Hoe kan dat nou, jij draagt je haar helemaal niet strak naar achteren.”
“Nee, hallo; dit was bij windkracht tien in de windtunnel van het reddingsmuseum.”


commercial break – commercial break – commercial break – commercial break – commercial break

Een leuk uitje voor het hele gezin in Noord-Holland ?
Ga naar het Nationaal reddingsmuseum Dorus Rijkers in Den Helder


Trouwens, die foto van mijn vrouw zet ik maar niet op het blog.
Lijkt voor geen meter…

Nog niet helemaal droog achter de oren

Toen ik hem zag zitten tijdens onze wandeling over het Pieterpad was hij nog niet helemaal droog achter zijn oren. Of zou je moeten zeggen uitgehard ? Na enkele jaren als vraatzuchtige larf in het veenmoeras doorgebracht te hebben, hing hij nu aan een geplastificeerd informatie blaadje. Binnen enkele uren zou deze Glazenmaker gereed zijn om uit te vliegen nadat hij zijn oude larvenhuidje had verlaten.

Zo’n larvenhuidje van een echte Libelle had ik al eens eerder gezien, maar zonder te weten welke Libelle er nu bij hoorde. Dit keer hadden we meer geluk, Rami-dochter zag een stukje lager op de boom het jasje hangen.

Liefhebbers van tweedehands kleding kunnen zich melden.

Tuinfilosofie voor gevorderden (Deel 8)

Beminde gelovigen, zoals u als gevorderde in de tuinfilosofie reeds weet; als vorm en stof met elkaar in aanraking komen, ontstaat beweging. Niet alleen werken de vormende krachten  in op de stof,  de stof verlangt zelf ook al van nature naar vorm. Doordat vorm en stof eeuwig op elkaar inwerken heeft ook de beweging geen einde.

De foto’s die ik deze week in de tuin van het tuinfilosofische genootschap “Aristoteles” te J’dorp nam laten een Paardenstaart (Equisetum fluviatile) zien. Equisetum is samengesteld uit de Latijnse woorden ‘equus‘ voor paard en ‘seta‘ wat borstel of stijf haar betekent. Het plantje dateert uit de tijd dat er nog geen zoogdieren waren gesignaleerd, laat staan het u bekende meest arrogante zoogdiertje.

We zien iets boeiends. De Paardenstaart, door de nog niet gevorderde tuinfilosofen wel “lagere plant” genoemd, ziet er op zich eenvoudig uit. Toch weet dit organisme de meest zuivere vorm op aarde te produceren, namelijk de waterdruppel. Volstrekt symmetrisch, langs zijn stengel, maakt de plant deze mini-lensjes, waardoor wij de wereld nogmaals, maar dan in een ander filosofisch perspectief kunnen zien, als waren het kristallen bollen.

Toch zal de beweging ooit begonnen moeten zijn, hetgeen alleen kan indien er een beweger was die niet zelf bewogen werd. Gezien het bovenstaande borrelt mij de filosofische gedachte op dat het gepostuleerde opperwezen wellicht een plant was…

U heeft weer iets om over na te denken.
Tuinfilosofisch huiswerk.

Succes !

Leerling in nood !

Terwijl ik bij de deur naar de binnenkomende leerlingen kijk, gaat er achter me in de klas ééntje tegen de vlakte. “Meneer, Timo ligt op de grond”, roept een meisje. Nu moeten jullie weten dat Timo eigenlijk altijd wel iets heeft. Eigenlijk ben je meestal de hele les met ‘m in de weer. Dus in eerste instantie is mijn vermoeden dat het een geintje is.

Als ik kijk ligt hij wat vreemd tussen de tafeltjes.
“Timo, wat is er aan de hand ?”
Geen reactie.
Ik tik hem stevig op zijn wangen.
Nog steeds geen enkele reactie.
Wat me opvalt is dat hij nogal warm is en dat zijn ogen voortdurend knipperen, zonder dat ze echt open gaan.
Misschien een epileptische aanval ?

Ik waarschuw een collega. We leggen hem in de stabiele zijligging. Hij is niet groot maar heeft hele zware armpjes en beentjes, blijkt nu.
Een paar leerlingen zeggen dat hij suikerziekte heeft.
Daar weet ik niks van, maar voor de zekerheid wordt zijn dossier gecheckt.
Een collega belt ondertussen de ambulance en zijn ouders, we nemen het zekere voor het onzekere.

Zijn medicijnen liggen klaar in een ander lokaal zeggen een paar leerlingen.
Als ik ze vraag om die op te halen komt er even later een collega met wat pillen.
Ritalin tegen ADHD zo blijkt. Die zijn niet nodig; Timo is zo al rustig genoeg.
Voor het eerst trouwens.

Dan zie ik dat maar liefst drie van zijn klasgenoten met hun mobieltjes het hele gebeuren aan het filmen zijn. Er ligt een klasgenoot bewusteloos en dan is dat natuurlijk je prioriteit. Vanavond is Timo de ster op YouTube, schiet het door mijn hoofd. Daar word ik behoorlijk pissig van. Ik maak vrienden voor het leven door de drie mobieltjes vlak voor een lang weekend in beslag te nemen.
De klas wordt naar de aula gestuurd, een paar collega’s en ik blijven bij Timo achter.

In de verte hoor ik, voor mijn gevoel eindelijk, een ambulance naderen.
We hebben ondertussen een doekje met ijskoud water in zijn nek gelegd.
Timo opent langzaam zijn ogen.
“Weet je waar je bent Timo ?”, vraagt een collega.
“Nee…”
Hij klinkt verward en is moeilijk te verstaan.

De twee ambulanceverpleegkundigen komen binnen.
Ze stellen Timo een aantal vragen en bekijken hem eens goed.
Ze horen het allemaal professioneel aan.
Timo klaagt over zijn benen en armen; die voelt hij niet meer.
“Ga maar even zitten”, zegt de broeder dan ineens.
“Dat kan ik niet”, sputtert Timo krachteloos tegen.
“Ja wel hoor, je gaat nu rechtop zitten, je zult zien dat het wel kan.”

Timo gaat rechtop zitten.
De broeder vraagt of wij even het lokaal willen verlaten, zodat hij even met Timo onder vier ogen kan praten.

Later hoor ik dat Timo tijdens dat gesprek weer onderuit gaat.
Maar dat de broeder hem toen flink in zijn nekspier kneep.
En bleek dat Timo eigenlijk toneel speelde.

Dat knipperen met zijn ogen ?
Gezien in een film.

Timo bleek aandacht te kort te komen en een echt acteertalent te zijn.
Maar de blauwe plek in zijn nek is een duidelijk bewijs dat hij vandaag wel aandacht kreeg.

Bedankt, mannen van de ambulance….

Krijg toch allemaal de kolere

Jullie weten vast nog wel dat Rami-junior auditie moest doen voor de nieuwe muscial van Ciske de Rat. Na het vervolg beloofde ik jullie dat ik nog even een seintje zou geven wanneer het programma waarin je alles kunt volgen; “Krijg toch allemaal de kolere!” zou worden uitgezonden.
Bij deze, je zult er vroeg je bed voor uit moeten; voorlopig iedere zaterdag om half tien ’s ochtends.
En oh ja, Rami-junior heet nu ineens Tom.


Uitzending gemist ? Klik hieronder !
Krijg toch allemaal de kolere: aflevering 1
Krijg toch allemaal de kolere; aflevering 2
Krijg toch allemaal de kolere; aflevering 3
Krijg toch allemaal de kolere; aflevering 4
Krijg toch allemaal de kolere; aflevering 5
Krijg toch allemaal de kolere; aflevering 6

Spirit of the Wild op de Westermarkt

Gisteren ben ik nog even wezen kijken naar de enorme foto’s van Steve Bloom op de Westermarkt in Amsterdam. Eén van zijn mooiste foto’s, een aanstormende Siberische Tijger (Panthera tigris Altaica) staat op de voorkant van een boek in mijn boekenkast; Over Zoogdieren, van David Attenborough. Op de Westermarkt kun je zien dat het geen lucky shot was, wat kan die man mooie foto’s maken zeg. Daar wordt je als amateur “insectenfotograaf” in Den Helder heel bescheiden van.

Maar goed, tot 28 juli kun je de honderd levensgrote foto’s nog gaan zien, dankzij de sponsoring van onder meer het Wereld Natuurfonds en Animal Planet helemaal gratis en voor niks.

Bloedmooi starten of bloedmooi eindigen

Op de lagere school zat er een bloedmooi meisje bij me in de klas dat hevige gevoelens in mij losmaakte. Trouwens ook bij de andere jongens in de klas, vermoed ik. Donker getinte huid, glanzend donkerbruin haar, ogen van een onpeilbare diepte. Verliefd tot over mijn oren, zoals je dat alleen in je larvale stadium om de haverklap mee maakt. Helaas vond ze mij wel aardig, maar voor het echte werk (tongen !) werd de stoere bink van de klas uitgekozen. Ik had toen best met haar willen trouwen. Maar ja.

Na de lagere school verloor ik haar jaren lang uit het oog, tot ruim na onze verpopping. Toen zag ik haar ineens staan met gympies in haar hand – ze werkte ondertussen in een sportzaak.

Wat was er van haar metamorfose terecht gekomen ? Dat viel tegen. Want wat bleek ? Ze was een prachtige larf, maar als imago was ze maar een paar centimeter gegroeid.

En dat was nog in de breedte ook.


Larf van een Lieveheersbeestje.


Larf van een ander Lieveheersbeestje.


Pop van een Zevenstippelig Lieveheersbeestje (Coccinella 7-punctata).


Imago van een Zevenstippelig Lieveheersbeestje (Coccinella 7-punctata).


Imago van een Zevenstippelig Lieveheersbeestje (Coccinella 7-punctata).

Sommigen vinden ‘m kaal mooier

Over smaak valt niet te twisten. Hou je van haar of hou je niet van haar ?
Er zijn mensen die zich irriteren aan te veel haar. Die gaan voor kaal.

Zeker bij de rups van de Bastaardsatijnvlinder (Euproctis chrysorrhoea) moet je uitkijken, want de haren van dit diertje zijn irriterend.

Het mooie bruin-oranje kleurtje dient als waarschuwing voor rovers; ze gebruikt de brandhaartjes ook om de eitjes mee te beschermen.

Dus nooit oppakken, waarschuwen de boekjes.
Niks aan over gehouden hoor.

Alleen bij het tikken van dit blogje krijg ik ineens overal jeuk.